28 – 6 – 2001

USA, New York

(1348 mile)

Ik zit vanavond boven op “Prospect Rock” met uitzicht op “Greenwood Lake”.
Ik ben ± 500 yard over de State grens tussen New Yersey en New York.

Ik heb mijn tent 10 meter verder naast de trail opgezet. In New Yersey zou ik nu in overtreding zijn, daar mag je niet naast de AT-trail kamperen. Van New York weet ik het niet, ik denk dat het ook niet mag maar ik heb het gewoon niet opgezocht.

Ik ben nog geen postbus tegengekomen, dus ik kan nog wel een dag verder schrijven.
Ik kan hiervandaan de speedboten over het meer zien racen, heel hard rondjes draaien en zo (leuk?).

De dagen hier zijn zwaar. Het is heet ± 35 ˚C tot 40 ˚C. De luchtvochtigheid is 100%. Er zijn hier swamps, echte swamps met loopbruggen van miles lang, weinig schaduw, maar blijven lopen want de muskieten zijn een hel. Ik wordt al dagen lang lek gestoken. Het water is schaars (niet onder de planken, maar dat is bruin en stinkt, zelfs na 1348 mile kan ik daar nog geen drinkwater in zien).
Ondanks de hitte, moet je soms voor 10 mile water meeslepen op je nek. Ik neem dan 3 ½ liter water mee….! Soms zetten locals bakken water neer op de punten waar de trail een weg kruist, maar daar kan je nooit op rekenen.

De shelters hebben hier ook geen waterbronnen (dat hadden de andere shelters tot nu toe wel) GGGRRR.., nee dit is niet mijn favoriete stuk. Je puzzelt je rot. Maar goed, nu koelt het af, de zon gaat diep paars onder en de jet-set in het meer zijn uitgespeeld met hun speedboten.

Het is rustig op de trail. Ik zie de laatste tijd meer boeren dan thru-hikers. Dat bevalt me prima. Ik kan in de registers (die in de shelters liggen) zien, dat er ± 15 mensen voor me lopen binnen 2 dagen, dus als ik me boos maak en een beetje doorloop (26 mile per dag of zo), dan ben ik binnen 3 dagen weer onder de mensen, maar daar heb ik nog geen zin in.
Dat gaat met vlagen, nu vind ik het best hier zo alleen op “mijn” rots.
Vanochtend heb ik een knoeperd van een beer gezien. Arm beest, als je ziet hoeveel haar daar op zit…  Ik heb flink gebrult en druk gedaan, want dan gaan ze wel weg. Deze dus ook.

Er staat een strak windje over deze rots. Als deze wegvalt ben ik de klos, want dan is het direct een en al muskiet om me heen, en de wind valt vaak weg als de zon onder gaat.
Het is een waanzinnig uitzicht weer. Dan snap ik niet dat ToeK hier alleen op de rots zit. Dan snap ik niet dat al die ander thru-hikers en mass in “Vernon” zitten en spelen in het water-parc. Het is zo mooi hier!!

Aan het meer gaan de lichten aan, de maan is half en de lucht is paars… de wind valt weg… de krekels tjilpen en de vogels zingen.

De grap van de krekels is dat als ze opeens beginnen als je langs loopt en je nu zo geconditioneerd ben, meteen een sprong van 4 meter maakt alvorens na te denken. Je eerste gedachten is dan ook een RATELSLANG. Ook ratelslangen is dagelijkse kost hier.  Een nog veel betere grap is die van de black-snake. Deze is niet giftig en heeft helemaal geen ratel… dus gaan deze met hun staart in de bladeren trillen. Dat doen ze heel doelbewust om een ratelslang te immiteren.
Beren springen ook weg voor ratelslangen, en black beren kunnen in bomen klimmen. Dat heb ik ook al gezien. De snelheid waarmee zo’n (op het oog log) beest naar boven gaat is boeiend.

Heerlijk het koelt af, joepie joepie. Straks misschien wel onder mijn slaapzak liggen, inplaats van erop te liggen zweten!!
Eskaders zwaluwen consumeren de muskieten… of het veel zoden aan de dijk zal zetten weet ik niet. Het is wel een aangenaam idee.
Er lopen hier heel wat torren rond, wat ze doen mag Joost weten, maar ze komen allemaal langs. Raar eigenlijk dat die beesten in de evolutie wel hebben leren vliegen, maar niet hebben leren landen. Ze stortten gewoon neer. Ik denk dat de hitte die de rots nog uitstraalt ze aan trekt.

Ik ga naar mijn tent (voor dat ik die in het stikdonker niet meer kan vinden).

Love Broer ToeK

 

back to Toek's place